Praktijkgids voor kwetsbaren in het recht

Kwetsbaar worden is iets waarmee we allemaal geconfronteerd kunnen worden. Een handicap, een ongeval of dementie: we hebben ons leven en welzijn niet helemaal in de hand.

Vóór 1 september 2014 was de juridische bescherming daarbij nauwelijks een kwestie van keuze: met de beide wetgevingen van 1991 en 2003 ging het immers altijd om een ‘voorlopige bewindvoering’ die de vrederechter organiseerde.

Vanaf 1 september 2014 werd in die rechtsbescherming een derde stap vooruitgezet, door 4 grote wijzigingen (wet van 17 maart 2013, geïnspireerd door het VN-verdrag van 2006):

- de diverse regimes van ‘gerechtelijke bescherming’ werden samengevoegd onder één globaal systeem;

- kwetsbare mensen kunnen sindsdien niet alleen beschermd worden op het vlak van hun vermogen (centen en goederen), maar ook voor wat hun persoon raakt: verblijf, verzorging, patiëntenrechten, …;

- de rechtsbescherming ‘op maat’ werd verbeterd om alle bemoeienis minimaal te houden: enkel maatregelen indien noodzakelijk en voor zover noodzakelijk;

- revolutionair: de rechtsbescherming wordt ook buiten de rechtbank om georganiseerd: de ‘buitengerechtelijke bescherming’.

De vierde wet (van 21 december 2018) optimaliseert dit opnieuw en breidt de mogelijkheden voor buitengerechtelijke bescherming nog uit.

Dit boek gidst je als een ‘road map’ in 10 stappen doorheen de belangrijkste regels van die nieuwe wetgeving.



JAN NOLF was 10 jaar advocaat en bijna 25 jaar vrederechter. Hij verzette bakens voor de ‘kwetsbaren in het recht’. Vaak startte dat met een uitdagende ‘separate opinion’, scherp gemotiveerd, en uiteindelijk algemeen aanvaard. Van weinig vrederechters werden meer vonnissen over ‘bewindvoering’ in de professionele pers gepubliceerd, geciteerd en besproken.