Geert Spillebeen is journalist bij de VRT-nieuwsdienst. Hij werkt vooral voor "De Ochtend" (6-9u.) op Radio 1, als reporter en redacteur. Maar soms duikt hij ook op andere VRT-radionetten op in het nieuws. Hij brengt nieuws en uitleg bij de actualiteit.
Als reporter won hij won de Dexia-persprijs (nu Belfiusprijs) in de categorie 'radio': de belangrijkste journalistenprijs in België. Daarnaast won hij in Hilversum de publieksprijs van de Nederlandse Radio 1 op het Wereld Audio Forum.

Als auteur debuteerde Geert Spillebeen in 1998 met de jongerenroman "Zomer in Passendale". Uitgangspunt van het verhaal is de weerzinwekkende, bloedige slag om Ieper die in 1917 bij Passendale werd uitgevochten.
Zijn bekendste, meest gelezen jeugdroman is "Age 14". Ook daarin beschrijft de auteur zinloosheid van oorlogvoeren, de gruwel van oorlogsgeweld. Hij beschrijft WO.1 vanuit het standpunt van echt bestaande figuren, soldaten. Maar meteen voelt de lezer dat WO.1 symbool kan staan voor elke oorlog.
In "Age 14" reconstrueert hij het leven van een Britse kindsoldaat, een jongen van amper 14 uit Ierland, die bij Ieper begraven ligt: de allerjongste gesneuvelde van de Eerste Wereldoorlog. (Age 14 is intussen aan zijn 3de druk toe. Het boek verscheen ook in de VS en Ierland.)
De journalist en de schrijver Geert Spillebeen gaan hand in hand, wat o.m. blijkt uit de uitvoerige en kritische onderzoeksjournalistiek die aan het schrijven van zijn romans voorafgaat.
In 2002 verscheen "Kiplings Keuze" (over de beroemde auteur van Junglebook die zijn enige zoon, amper 18, naar het WO.1-front stuurde, waar hij in zijn eerste gevecht sneuvelde.) In 2005 verscheen een Engelse versie van dit boek in de VS: "Kipling's Choice". Deze jeugdroman werd in de USA driemaal bekroond o.m. met een Bulletin Blue Ribbon: de roman hoort volgens critici bij de 10 beste fictieboeken van 2005 voor 'young adults', tieners en adolescenten. In 2007 is een er paperbackversie voor Amerika uitgebracht.
Dat de "Groote Oorlog" ook soldaten uit de kolonies naar Vlaanderen bracht, beschrijft Geert Spillebeen in "Abdous Oorlog". Het is een moderne politieroman, die zich in de frontstreek van de Westhoek afspeelt met jonge mensen. Dat speurdersverhaal is geweven rond een echt gebeurd Afrikaans verhaal uit WO.1: het ongelooflijke leven en lot van de laatste overlevende Afrikaanse soldaat die in Franrkijk en Vlaanderen vocht en er twee keer gewond raakte. Abdou keerde daarna naar Senegal terug, om er tot aan zijn dood (hij werd meer dan 100) te piekeren over het onmenselijke van de oorlog in Vlaanderen.
Geert Spillebeen debuteerde ook in 2005 voor volwassenen met ""Man tegen de muur"". (Davidsfonds/Literair)
Eind 2013 publiceerde de auteur in opdracht van de Stichting Wablieft een kleine roman over James Duffy, een Schots-Canadese atleet, één van de beste marathonlopers van 100 jaar geleden. Titel: "Jimmy Duffy, Kampioen in de Loopgraven". (Uitg. Vrijdag). Jimmy Duffy, een immigrant, won alle belangrijke marathons, o.m. die van Boston in 1914. Kort daarna trok hij als nieuwe Canadees naar Europa om te vechten, als Brits-Canadees soldaat. In 1915 waren de kogels hem te snel af. Hij ligt begraven in Vlamertinge, bij Ieper.
In het voorjaar van 2014 brengt Geert Spillebeen nog een nieuwe WO.1-jeugdroman uit, over Marc Noble, een jong officiertje uit een superrijke familie van wapenmakers. Onderluitenant Noble was als jongetje één van de eerste padvinders tijdens het testkamp van scoutsstichter Lord Baden-Powell. Hij is niet de enige van het kleine groepje scoutspioniers die in Vlaanderen sneuvelt. (Meer later, zie website vd auteur.)